vrijdag 13 juni 2025

Dag 5: Kalsoy: het 'blokfluiteiland' met vier smalle tunnels.

Een reis vol tunnels naar het mysterieuze Kalsoy.
Vandaag staat het eiland Kalsoy op het programma – smal, afgelegen en gehuld in mistige mystiek. Maar voor we voet aan wal zetten op deze grillige uithoek van de Faeröer, wacht ons een ware odyssee van vervoer en infrastructuur. In totaal doorkruisen we maar liefst 14 tunnels: twee keer twee onderzeese en twee keer vijf bochtige bergtunnels. Daarbovenop komen nog een overtocht per ferry én ritten met twee verschillende autobussen. Het voelt haast als een reis door de ingewanden van de eilanden – een avontuur op zich, nog voor we onze bestemming hebben bereikt.
Van Tórshavn, via Runavik, Klaksvik naar Kalsoy.
Via verschillende tunnels en onder zee naar Klaksvik.
Om 08:45 uur stappen we aan boord van onze 18-persoonsbus, met achter het stuur de onverstoorbare Helgi – tegelijk chauffeur én gids. Onze route naar Klaksvík is er één van hoogtepunten… of beter gezegd: dieptepunten. Want vandaag doorkruisen we niet minder dan meerdere tunnels, waarvan twee beroemd én spectaculair. En alsof dat nog niet genoeg is, vervolgen we in Klaksvik ons traject per zeilboot!

Eysturoyartunnilin – met een rotonde onder zee
Onze eerste grote tunnel is meteen een knaller: de Eysturoyartunnilin, een 11,2 kilometer lange zeetunnel die ons 186 meter onder zeeniveau brengt. Hij verbindt het eiland Streymoy met Eysturoy en heeft als uniek staaltje van techniek… een rotonde onder water! Hier splitst de tunnel zich richting Runavík of Strendur. Je weet even niet of je in een sciencefictionfilm zit of gewoon op weg bent naar het noorden.

Bergtunnels à volonté
Na het onderzeese avontuur volgt er nog een bergtunnel op Eysturoy. Eerlijk gezegd ben ik op een bepaald moment de tel kwijtgeraakt. “Waren het er drie? Of vier? En kwamen we daar nu uit een tunnel of gingen we er net in?” Eén ding is zeker: de Faeröer hebben een serieuze tunnelverslaving. Misschien moet ik ooit terugkomen om ze allemaal nog eens goed te tellen – zuiver wetenschappelijk, uiteraard.

Norðoyatunnilin – kunst onder de zeespiegel.
In Leirvík duiken we opnieuw de diepte in via de Norðoyatunnilin. Deze 6,2 km lange onderzeese tunnel verbindt Eysturoy met Borðoy en opende in 2006. Behalve functioneel is hij ook artistiek: onderweg word je verrast door kleurrijke verlichting en kunstwerken die de tunnel een bijna magisch karakter geven. Zo wordt fileloos rijden ook een beetje cultuur beleven.
Norðoyatunnilin, 6,3 km lang en 150 m onder zeeniveau.
Klaksvík – hoofdstad van het noorden.
Aan het eind van de tunnel wacht Klaksvík, de tweede stad van het land met zo'n 5.000 inwoners. Strategisch gelegen op Borðoy is het hét economische en culturele hart van de noordelijke eilanden. Een stad die verrast door zijn bedrijvigheid én zijn ligging tussen de fjorden.

Dragin – geen ferry, maar flair.
Maar we zijn er nog niet. Vanuit Klaksvík steken we het water over – niet met de gewone veerboot ‘SAM’, maar met een charmante zeilboot genaamd Dragin. Behalve twee andere opvarenden is de boot helemaal voor ons gereserveerd. Geen massa, geen haast – alleen wind, water en wij. Een waardige vervolg van een tocht naar nog meer tunnels, dieptes en verwondering.
Geen gewone autoferry, maar een karaktervolle zeiler.
Met houten banken, een nostalgische stuurhut en plaats voor max 20 passagiers – het voelde als een mini-expeditie in stijl. Fjordcruise op z’n Faeröers!.
De Dragin boot/ferry.
Geen gewone autoferry vandaag, maar een charmante zeiler van de oude stempel.
Met houten banken, een stuurhut waar kapitein Haddock jaloers op zou zijn, en ruimte voor een handvol passagiers, leek het wel een scène uit een nostalgische eilandfilm.
De motor pruttelde tevreden, de fjord lag er kalm bij, en wij genoten van het uitzicht alsof we op privécruise waren. Een zeemansverhaal in slow motion! Deze boot vertrekt om 10:00 uur voor een overtocht van 30 minuten.
Aankomst op het eiland Kalsoy.
Met een andere autobus op het eiland Kalsoy.
Het mysterieuze eiland Kalsoy is een smalle, langgerekte strook land die zich als een fluit uitstrekt in de noordelijke oceaan. Het eiland Kalsoy is een van de meest intrigerende en schilderachtige eilanden van de archipel. Kalsoy wordt ook wel het “fluit-eiland” genoemd vanwege zijn lange, smalle vorm met vier tunnels die het eiland doorkruisen, als gaten in een fluit. Het eiland ligt ten oosten van het grotere eiland Eysturoy.
Eén van de vier tunnels op Kalsoy. Deze 1-lane tunnel van 1195 meter lengte.
Vier smalle tunnels.
Het eiland Kalsoy staat bekend om zijn vier smalle tunnels, die allemaal slechts één rijstrook breed zijn – nét genoeg voor één auto. Daardoor moeten tegenliggers op elkaar wachten bij inhammen in de tunnel. 
De vier 1 - lane (enkele baan) tunnels zijn achtereenvolgens:
  1. Villingadalstunnilin: 1195 m
  2. Ritudalstunnilin:     685 m
  3. Mikladalstunnilin: 1085 m
  4. Trøllanestunnilin:  2250 m
Het eiland telt vier dorpen – Syðradalur, Húsar, Mikladalur en Trøllanes – met in totaal minder dan 80 inwoners. Tussen deze dorpen ligt één slingerende oostelijke weg met vier smalle tunnels.
Alles over de tunnels op de Faeröer eilanden - Reislegende.nl
Veel tunnels beschikken maar over een 1-lane tunnel.
Door deze tunnels en de langgerekte vorm van het eiland kreeg Kalsoy de bijnaam "Blokkfloytan" – de blokfluit. Niet verwonderlijk: het eiland is 18 kilometer lang, maar slechts 3 kilometer breed op het breedste punt. 
Kalsoy met de 4 dorpjes.
Bereikbaarheid.
Kalsoy is meestal bereikbaar per veerboot, de “Sam”, vanuit Klaksvík op het eiland Borðoy. Maar de tour organisator heeft een zeilboot/motorboot geregeld. Na aankomst in Syðradalur volgt een autorit, door tunnels, naar de noordelijke dorpen. Er loopt slechts één hoofdweg over het eiland: de Kalsoyarvegur, een route van 16,6 kilometer die van de veerhaven in Syðradalur helemaal naar het noordelijke dorpje Trøllanes voert. We  leggen maar liefst 5,2 kilometer af binnenin het bergmassief – dat is ongeveer een derde van de totale afstand!

Een zegen voor de inwoners.
De tunnels op Kalsoy werden aangelegd tussen 1979 en 1985 en betekenden een enorme verbetering voor de lokale bevolking. Tot die tijd moesten de (weinige) inwoners zich te voet over gevaarlijke bergpaden langs steile kliffen verplaatsen, in weer en wind.
Rijden op Kalsoy. De weg naar Trøllanes.
De langste tunnel is die tussen Mikladalur en Trøllanes, met een lengte van 2,2 kilometer.

Trøllanes – aan het einde van de wereld.
Na een rit door vier smalle, onverlichte tunnels bereiken we Trøllanes, het noordelijkste dorpje op het eiland Kalsoy. De naam betekent letterlijk ‘Kaap van de trollen’ – een verwijzing naar oude sagen die perfect passen bij de mysterieuze sfeer van deze plek. Trøllanes lijkt het einde van de wereld: een paar huizen, een indrukwekkend uitzicht op zee, en stilte die alleen door de wind wordt doorbroken.
De huizen in Trollanes.
Naar de vuurtoren: de adembenemende  wandeling tussen Trøllanes en Kallur.
Van uit Trøllanes maken we de wandeling naar de vuurtoren van Kallur, misschien wel een van de meest iconische plekken van de Faeröer. – een pad over een groene bergkam, met aan weerszijden diepe afgronden en een eindeloos uitzicht over zee en omliggende eilanden. Terwijl we klimmen, begrijpen we waarom deze plek is gekozen als decor voor de laatste scène van de James Bond-film No Time to Die. Boven wacht een adembenemend panorama.
Langzame tocht naar 250 meter hoge vuurtoren en verder naar James Bond (alias 007)!
Na alle tunnels, bussen en de ferry begint het echte werk: een klim naar de vuurtoren op de Kallur-kaap.
De klim naar de vuurtoren op de Kallur-kaap.
Mist komt onverwacht op, en trekt dan even onverwacht terug weg. Hier reis je van moment naar moment.
Fenomenaal uitzicht op de omgeving en de Noord-Atlantische oceaan.
De vuurtoren van Kallur
De vuurtoren zelf is klein en wit, een baken in het niets, maar het panorama eromheen is groots en onvergetelijk. We nemen de tijd om stil te zijn, te kijken, te ademen.
Top bereikt! Windkracht kapsel-proof en kuiten in verzuring, maar wat een uitzicht!
We staan hier als trotse berggeiten boven aan de vuurtoren, vol frisse lucht, voldoening en misschien een beetje zweet. 
Bij de vuurtoren van Kallur, nabij het dorpje Trøllanes op het eiland Kalsoy. Na een mooie wandeling met een hoogteverschil van 250 meter staan we voldaan bij het eindpunt. Het was geen makkie, maar zeker goed te doen!
De weg naar Bonds einde: een wandeling met windkracht 007
Wat op de kaart een ‘lichte wandeling’ lijkt, blijkt in de praktijk een kruising tussen een natuurdocumentaire en een training voor actieve reizigers. We trotseren steile paadjes, glibberige grashellingen en een stevige bries die het woord windkracht een geheel nieuwe dimensie geeft. Maar wat een voldoening bij het bereiken van de top! Hat was geen 'walk in the park', maar toch goed te doen.
Pick-nick  aan de vuurtoren (op 250 meter boven zeeniveau).
Tot aan de gedenksteen voor Agent 007 - James Bond.
We wandelen naar de gedenksteen voor James Bond, terwijl het weer ons constant verrast. In een oogwenk hult de berg zich in een dichte mist. Slechts enkele minuten later trekt diezelfde sluier weer op, en ontvouwt zich een helder panorama. Deze snelle afwisseling van mist en helderheid geeft de omgeving iets mysterieus en levends.
Nog een korte wandeling tot aan de gedenksteen van Agent 007.
Nog een korte wandeling naar de gedenksteen voor Agent 007 - de iconische James Bond. Deze plek is zo uniek dat scènes uit de James Bond film 'No Time To Die' op Kalsoy zijn opgenomen. Voor het eerst in de geschiedenis van de spion wordt hij vermoord. 
Kalsoy laat zich van zijn ruigste kant zien – en wij poseren alsof we zo de volgende Bondfilm in kunnen.
Maar het uitzicht… wauw. Alsof je op het dak van de wereld staat, met enkel oceaan, kliffen en de wetenschap dat James Bond hier zijn laatste adem uitblies. En wij? Wij ademen nog – flink hijgend weliswaar – maar levend en voldaan. Kalsoy, je was een klein eiland met grootse drama’s.
Zelfs James Bond kon niet ontsnappen aan het noodlot… hier eindigde zijn laatste missie – met uitzicht op de kliffen van Kalsoy. Gelukkig alleen in de film, want 007 leeft natuurlijk gewoon voort in de volgende sequel!
Het gebeurt allemaal wanneer 007 op de Kallur-kaap staat, in het meest noordelijke deel van het eiland. Er is een (toeristen) steen neergezet. Daar, op een winderige klif met uitzicht op de woeste oceaan, vond de wereldberoemde spion zijn einde. Een gedenksteen herinnert bezoekers aan deze cinematografische schok, al oogt die eerder als een toeristische knipoog dan als een serieus grafmonument. Toch vormt het een uitstekend excuus om helemaal naar deze afgelegen plek te wandelen.
"James Bond is dood… maar wij zijn nog in topvorm!" (Wij= Karel, Rik, Hilda, Jef, Rita en Luc)
Zes reizigers, één gedenksteen en nul martini’s – geschud noch geroerd. Hier op de iconische klif van Kalsoy eren we 007 met onze beste geheime-agent-poses. Missie geslaagd, zonder explosies.
Trøllanes.
De afdaling verloopt fysiek gezien vlot, al blijft voorzichtigheid geboden op de soms glibberige stukken – een schuiver is zo gemaakt. Gelukkig komen we allemaal zonder kleerscheuren beneden, waar onze bus al klaarstaat. Trøllanes is niet zomaar een dorp, het is een bestemming op zich. Kleinschalig, ongerept en betoverend. Hier krijg je het gevoel dat de natuur nog de baas is, en de tijd een andere snelheid heeft. Stipt om 14:15 beginnen we aan de terugreis.
De enkele huizen van Trøllanes.
De legende van Kopakonan - The seal woman of Mikladalur.
Een bekend volksverhaal op Kalsoy is dat van de 'Zeehondenvrouw'. Haar standbeeld, half vrouw, half zeehond, werd in 2014 in Mikladalur, een 2,6 meter hoog bronzen standbeeld geplaatst ter ere van deze saga. Het verhaal vertelt dat mensen die zijn overleden als zeehonden in zee leven. Ieder jaar komen de zeehonden aan land en nemen hun huid af, waarna ze er uit zien als mensen. 
Bij de mysterieuze Seal Woman – half legende, half werkelijkheid.
Ze lijkt verstild in haar blik, gevangen tussen zee en land, mens en mythe. Een fascinerend verhaal in brons gegoten. 
Een jonge boer wachtte tot dit verhaal gebeurde. Zijn oog viel op een zeehondenmeisje. Hij pakte haar huid en hield deze bij zich. Het meisje kon haar huid niet meer vinden. Ze trouwden en kregen kinderen. Maar op zeker moment vond ze haar huid terug en plonsde terug in zee.

De legende van de 'Seal Woman' in een eigen blogpost.
Deze legende is zó betoverend dat ze een eigen blogpost verdient. Een mysterieuze vrouw, een zeehondenvacht en een verhaal dat je niet loslaat…  Benieuwd naar dit mysterieuze verhaal? We zouden het nu al willen vertellen, maar dit verhaal is té goed om zomaar even tussen neus en lippen door te delen. De legende van de ‘Seal Woman’ krijgt haar eigen moment in de blogspotlights. Lees dan zeker de volgend post — je wilt dit sprookjesachtige verhaal echt niet missen!

Vertrek uit Mikladalur.
Om 15:10 moeten we afscheid nemen van het plaatsje met de 'zeehondenvrouw' en verder naar de ferry, maar eerst weer door de 4 tunnels.
In Mikladalur met beneden het beeld van de 'Zeehondenvrouw'. 
In Mikladalur, aan de rand van de Noord-Atlantische Oceaan.
De ferry voor de overtocht door de fjord.
De ferry ligt al klaar, alsof hij speciaal op ons heeft gewacht. Een rustige overtocht door de fjord, het water kalm, de zon nog steeds aanwezig, alhoewel de mist even komt opzetten – het is de perfecte afsluiter van een boeiende en memorabele dag. Terug aan wal brengt de bus ons in alle rust naar het hotel, waar we rond 17:00 uur arriveren.
Een dag vol tunnels (14), bergen, wind, filmgeschiedenis én schitterende vergezichten komt tot een einde. Kalsoy heeft ons verrast – klein van formaat, groots in beleving.

Vrijdag de 13e… en wat voor één!
Wie dacht dat deze dag ongeluk zou brengen, heeft Kalsoy duidelijk nooit bezocht. Met zon op ons gezicht, wind in de haren en een vleugje James Bond op de klif, werd het een dag om niet te vergeten. Als elke vrijdag de 13e er zo uitziet, zeggen wij: Meer van dat graag!
Parcours van het Kalsoy bezoek.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten